Ik ben geboren in de Haute Provence, in Calabrië en Marokko
en in andere plaatsen die ik nu niet meer weet.
Geen lavendel, bergamot, sandelhout of ceder ben ik meer.
Geur ben ik geworden: één welriekende geur.
Met duizenden in megaketels gestoomd, gecondenseerd,
ben ik gereduceerd tot luttele liters olie.
De neus van Fragonard heeft mij gekeurd.
Hij rook dat ik goed was en noemde mij: Siècle.
Als eau de toilette pour homme van het millennium pronkte ik
vooraan in de parfumerie van Grasse. Een mannelijke veertiger
stoof op me af, alsof hij me zocht en pakte me vast.
Ik benam hem de adem – Hij liet mij niet meer los.
Ruim een decade later – ik ben er nog –
verdrijft mijn laatste nevel het onwelgevallige
rieken van het gemak.
Gecreëerd word ik niet meer –
wat van mij rest, hangt
in een aluminium navulfles.
Grasse/Den Haag, 2010/2020